Woorden van Luther

In Overslydrecht is gelukkig een pastoraal werker actief, Elly van Kalkert. Zij betekent nu nog meer voor de bewoners dan anders, waar nu niet zo gemakkelijk visites kunnen worden afgelegd noch pastorale bezoeken vanwege de kerkelijke gemeenten.
Zij deelde onlangs heel aansprekende woorden van Maarten Luther. Deze gaf het volgende advies aan voorgangers toen in 1527 de pest uitbrak in Wittenberg:
‘Ik zal God bidden dat Hij ons genadig wil bewaren en beschermen. Vervolgens zal ik
ontsmetten, de lucht helpen zuiveren, medicijnen toedienen en die ook zelf nemen.
Ik zal plaatsen en personen mijden wanneer mijn aanwezigheid niet noodzakelijk is, om
te voorkomen dat ik besmet raak en dan door mijn onachtzaamheid ook anderen besmet, met mogelijk hun dood tot gevolg. Als God mij tot zich wil nemen, dan weet Hij mij te vinden. Tot die tijd zal ik doen wat Hij van mij verwacht en ik zal niet verantwoordelijk zijn voor mijn eigen dood of de dood van anderen.
Maar als mijn naaste mij nodig heeft, dan zal ik hem niet mijden maar vrijmoedig naar hem toegaan. Zó is een Godvrezend geloof: het is niet onbezonnen en roekeloos, en het stelt God niet op de proef.’