Eén Kerk

Afgelopen zondag mochten we met elkaar het Heilig Avondmaal vieren.
Ds. G.J. Mink ging ons hierin voor. Hij nam ons mee in Handelingen 2: 41-47, waar gesproken wordt over het begin van de gemeente van Christus, die samen kwam en de maaltijd nuttigde ‘in een geest van eenvoud en vol vreugde’. Wat mooi om te horen! Eigenlijk zouden we dat altijd wel zo wensen en eigenlijk zit er ook nog steeds als wij het Avondmaal gebruiken veel in van de eenvoud en de vreugde. We mogen met ‘de Kerk van alle plaatsen en alle tijden’ samen deelgenoot zijn aan het lichaam en bloed van Christus.
En hoe goed voelde het om, weer met een grote(re) groep, samen dit sacrament te mogen vieren. Dat het niet overal op dezelfde wijze gebeurt, weten we.
De eerste gemeenten kwamen dagelijks bij elkaar. Later werd dat één keer per week. We zien dit nog bij de katholieke kerk. En mijn gedachten gingen ook naar Ethiopië, waar we een aantal jaar geleden een kerk bezochten op zondag.
Niet te vergelijken met onze kerken. In Ethiopië is 60% van de inwoners christen.
Ethiopië heeft een lange christelijke geschiedenis, misschien wel de langste van alle landen buiten Israël. De geschiedenis van de kamerheer van de koningin van Ethiopië, die gedoopt werd door Filippus, kennen we allemaal. De meeste gelovigen zijn Ethiopisch Orthodox.
De beleving tijdens de diensten is totaal anders. Er zijn veel kloosters en kerken, waar priesters urenlange diensten met muziek hebben, die ze staande meebeleven. Rondom de kerk komen de gemeenteleden samen, de vrouwen bakken broden om die aan de mannen en -als die voorzien zijn- ook aan de vrouwen en kinderen te delen. Ze verblijven daar dan ongeveer de hele dag. De sfeer is gastvrij en vreugdevol. Ook dooprituelen zijn er anders. We waren in een oude stad met een reusachtig (toen leeg) bad. Op 16 januari, de dag dat de doop van Jezus in de Jordaan herdacht wordt, laten ze het vollopen en overal vandaan komen er mensen om zich in het bad onder te dompelen en zo hun doop te gedenken. Bijzonder om deze gewoonten te leren kennen. Het leert ons ook om de verschillen die er tussen de gelovigen zijn te respecteren en er met een ‘open mind’ naar te kijken.
Met alle christenen wereldwijd dragen we zo een steentje bij aan onze kerk, gebouwd op hetzelfde fundament, namelijk Christus onze Heer. Dat die steentjes verschillend zijn in kleur en grootte, maakt eigenlijk niet uit. De Kerk wordt er alleen mooier van, mits we de eenvoud en de vreugde van de eerste gemeenten vast kunnen houden.
Wij vieren de maaltijd van de Heer minder vaak, maar daarmee is het niet minder waardevol. Zelf heb ik twee keer mogen ervaren dat mensen waar ik veel om gaf op oudere leeftijd tot het doen van belijdenis kwamen, omdat ze zo verlangden naar de tafel van de Heer. Laten we dit verlangen in elkaar aanmoedigen en samen met ‘de Kerk van alle plaatsen en alle tijden’ in eenvoud en vreugde ons geloof belijden!