De laatste ernst Ds. P.D. Teeuw
Want wij moeten allen voor de rechterstoel van Christus openbaar worden
(2 Kor. 5: 10).
Zondag is de laatste zondag van het kerkelijk jaar – de eeuwigheidszondag.
De zondag waarop we in het bijzonder stilstaan bij het feit dat het leven hier niet eindeloos is. Christus komt terug. Om te oordelen de levenden en de doden.
Zo belijden we dat iedere zondag met de kerk van alle tijden en plaatsen. ‘Vanwaar Hij komen zal om te oordelen de levenden en de doden’. Of, in de woorden van de NGB art. 37: ‘Ten slotte geloven wij, in overeenstemming met het Woord van God, dat, als de door de Heere bestemde tijd (die aan alle schepselen onbekend is) gekomen en het getal van de uitverkorenen vervuld zal zijn, onze Heere Jezus Christus uit de hemel zal terugkomen, lichamelijk en zichtbaar, op dezelfde wijze als Hij opgevaren is, met grote heerlijkheid en majesteit om Zich te openbaren als Rechter over levenden en doden’.
Een ontzagwekkend moment. De Heere van de hemel en de aarde, Die alle dingen draagt in Zijn machtige handen, Hij komt. De Schepper van al wat leeft zal oordelen. Tegen die God kwamen wij in opstand. Hem werden wij ongehoorzaam door de stem van de slang meer te gehoorzamen dan Zijn stem. Zondigen is in de eerste plaats immers niet alleen iets tussen mensen onderling. Het is vooral een zaak tussen ons en de HEERE. Wij hebben God op het hoogst misdaan. Daarom was het offer van de Heere Jezus ook zo onvoorstelbaar groot. God gaf Zijn Zoon voor overtreders. Hij gaf Zijn verzoenend bloed, zelfs voor de grootste der zondaren. Daar is kracht in het bloed van het Lam! Wanneer we door het geloof aan Hem verbonden worden, ontvangen we vergeving, reiniging, zaligheid en eeuwig leven.
Komende zondag bepaalt ons bij de laatste ernst van ons leven. Er komt een moment dat de wereldklok stopt. En dan komt Jezus. Dan valt de uiteindelijke beslissing,
eeuwig wel of eeuwig wee. Hemel of hel. Laat dat eens tot u doordringen. Zonder het verzoenende bloed van Christus over ons leven gaan we verloren. Daarom zegt Paulus het in 1 Kor. 5 zo heel indringend: ‘Want wij moeten allen voor de rechterstoel van Christus openbaar worden, opdat ieder vergelding ontvangt voor wat hij door middel van zijn lichaam gedaan heeft, hetzij goed, hetzij kwaad. Nu wij dus deze vrees voor de Heere kennen, bewegen wij de mensen tot het geloof.’ Dat gebeurt in de prediking. Ook het afgelopen kerkelijk jaar. Telkens weer die terugkerende oproep – zondag aan zondag: ‘Wij zijn dan gezanten namens Christus, alsof God Zelf door ons smeekt. Namens Christus smeken wij: laat u met God verzoenen.’ O, de Heere kan er zelfs een kerkbladmeditatie voor gebruiken. U die dit leest: laat u met God verzoenen.