“Toen sprak God al deze woorden: Ik ben de Here uw God.”
(Exodus 20: 1)
Zo begint de lezing van de Tien Geboden in onze kerken.
Tenminste zo hoort het.
Er was eens een rabbi die na lange tijd weer dienst kon doen in de synagoge.
Toen de lezing van de Tien Geboden aan de orde kwam, opende hij de boekrol en las de woorden.
“Toen sprak God”.
Ontroerd keek hij de synagoge in. Het is niet stil, zei hij.
God spreekt! Hij hervatte de lezing:
“Toen sprak God al deze woorden: Ik ben de Here uw God”. Hij stopte de lezing en rolde de boekrol op.
Wij weten genoeg, zei hij.
De rabbi had gelijk.
Hoe ouder ik word, hoe mooier ik dit vind.
Als God je God is, dan steel je niet van je naaste.
Als God je God is, wat wil je dan met loze afgoden die je alleen maar leegzuigen.
En als u er op gaat letten: hoe vaak staat het er niet: uw God.
“…want Ik de Here, … uw God…”
“…gij zult de Naam van de Here…. uw God….”
“…is de sabbat van de Here….uw God…”
Heel die Tien Geboden is één doorlopend getuigenis van God zelf, dat Hij onze God is.
Daarom is ‘wet’ eigenlijk ook een niet zo handige vertaling.
Ik weet ook geen beter woord, maar het is zo’n juridische term.
Dat heeft ook een grote invloed gehad op onze theologie.
Daardoor is ‘zonde’ ook eerder een soort overtreding geworden, terwijl het eigenlijk diepere betekenissen heeft. Zonde is ‘je doel missen’.
Daarom konden Farizeeërs zo makkelijk zeggen: “ik zondig toch niet. Ik heb geen overtreding gedaan”.
Maar onze Heiland heeft het veel meer over hoe wij innerlijk met de dingen omgaan.
Hoe is het in ons hart gesteld.
Dan kunnen we de naaste wel niet doden, maar als wij hem/haar doodkijken of doodzwijgen zijn we dan anders, in de ogen van Jezus?
De Tien Geboden helpen ons daarom ook om tot ons recht te komen: mensen van God die anders zijn dan de wereld. De Tien Geboden zijn licht-boeien in de vaargeul.
Als dit kerkblad bij u in de bus komt is het feest in Israël. Het feest heet ‘vreugde van de wet’.
Simchat Thora. De rabbi gaat in een soort polonaise rond en de synagoge. De mensen zingen: leve de Thora, want in de Thora is leven.
Wij zingen mee: leve het Evangelie, want in het Evangelie is leven.
Eeuwig leven.
Leven met God.
Door God.
Bevrijd uit slavernij.
Het is uw God. U mag Zijn mens zijn.
ds. A.H. Groen