We vierden zondag het Paasfeest. Het prachtige feest waarin we als kerk vieren dat Jezus uit de dood is opgestaan. Daar draait alles om. Paulus schrijft in 1 Korintiërs 15: ‘Als Jezus Christus niet uit de dood is opgewekt, is onze verkondiging zonder inhoud en is jullie geloof zinloos. Dan zijn jullie nog gevangenen van je zonden, en worden de doden die Christus toebehoren niet gered. Als wij alleen voor dit leven op Christus hopen, zijn we de beklagenswaardigste mensen die er zijn.
‘Maar,’ zegt hij dan, ‘Christus is werkelijk uit de dood opgewekt!’
Prachtig! Maar, zo kunnen we ons afvragen: ‘Hoe wist Paulus dat nu zo zeker?’
Want laten we eerlijk zijn, het is toch een erg vreemde boodschap. Dat iemand uit de dood opstaat, en leeft!
Maar Paulus wist het zeker. En hij vertelt in 1 Korintiërs 15: 3 en verder waar dat door komt. Het lijkt op een telefoonspel. U weet wel: iemand fluistert een boodschap door in het oor van degene die naast ‘em zit. En die fluistert het weer verder door en zo gaat het de hele groep door. En aan het eind kijk je dan of de boodschap goed is overgekomen.
Zo, vertelt Paulus, gaat het ook met de boodschap van Jezus. Hij, Paulus, heeft het doorgegeven aan de mensen in Korinthe.
Maar hij had het zelf óók weer van horen zeggen. Hij had het gehoord van de mensen die het uiteindelijk van Jezus zelf hadden gehoord. Die erbij waren geweest. Sommigen leefden nog toen Paulus dat schreef. Je kon het ze gaan vragen!
Net als bij een telefoonspel wordt de Paasboodschap doorgegeven. Van de één naar de ander. En zo hebben wij het ook te horen gekregen. De boodschap over wat er met Jezus is gebeurd. ‘Christus is gestorven voor onze zonden. En dat dit gebeuren moest,
stond al in de boeken van het Oude Testament. Hij is begraven, en op de derde dag opgewekt uit de doden. Ook dát stond al in de oude boeken opgeschreven. En Jezus is aan heel veel mensen verschenen.’ Dát is de boodschap waar het om gaat. Een boodschap die je echt gelukkig maakt in tegenstelling tot zoveel andere boodschappen die je in het leven van elke dag op je krijgt afgevuurd.
En wie die boodschap hoort, en gelooft, wordt ingeschakeld in het telefoonspel van Jezus. Dat is bijzonder! Want iedereen die wel eens zo’n telefoonspel heeft gedaan, weet dat het meestal niet lukt om de boodschap precies goed over te brengen.
Doordat iedereen er net weer iets anders van maakt, wordt de boodschap soms
vervormd. Waarom heeft God er dan voor gekozen om zijn evangelie zo, via ons mensen, door te geven aan hen die het nog niet kennen? Is dat niet heel kwetsbaar?
Dat is het. En ik denk dat dit precies een reden is waarom God het zo wilde.
Zó ging zijn boodschap van mens naar mens, van land naar land, de wereld over. Via mensen. Zo hoorden wij het evangelie ook. Via onze ouders, via anderen die het ons vertelden. En dat maakt de boodschap persoonlijk. Daarbij draait het om vertrouwen in degene die het je vertelt. Dat je een band hebt met elkaar. Al van meet af aan weet de christelijke kerk daarom dat het ontzettend belangrijk is om netwerken te hebben, die ervoor zorgen dat je als gelovige ook in contact staat met mensen die
nog niet geloven in Jezus. Gewoon in de buurt, in het dorp, op je school, op je werk. Daar functioneert het telefoonspel. Door eenvoudigweg te leven met het oog op anderen, en vanuit je overtuiging dat het evangelie van Jezus die is opgestaan, alle verschil van de wereld maakt. En dat is zichtbaar in wat je zegt, in wat je doet.
En zo zal duidelijk kunnen worden voor een ander dat het geloof niet alleen wáár is, maar vooral dat het ook de moeite wáárd is. Dat het verschil maakt in het leven. Dat kan een ander overtuigen.
Zo mogen wij een schakeltje zijn in het telefoonspel van Jezus en zijn boodschap doorgeven. Dat is kwetsbaar. Dat vraagt wel van ons dat we er moeite voor doen om zélf de boodschap goed te blijven ontvangen. Want alleen dán kunnen we die ook goed
doorgeven. Daarom komen we samen als gemeente. We horen vanuit de Bijbel waar het om draait in het geloof. We vertellen elkaar erover. We zingen ervan. En dat alles vormt ons.
En zo kunnen we, in alle kwetsbaarheid, het verhaal doorgeven. Ook nu we na het Paasfeest weer de wereld zijn ingaan.
‘Omdat de Heer verrezen is, zingen wij in koor heel de wereld door. Omdat de Heer verrezen is, zingen wij in koor tot de wereld hoort: dat de Heer verrezen is!
Ds. Michiel Vastenhout