“Eigenlijk zijn alle godsdiensten gelijk!”

Johannes 15:1-13

Het is een bekend en veelgehoorde mening.
Heel sympathiek.
Vaak zijn het mensen die verdriet hebben om wat religies hebben gedaan.
Mij doet het echter pijn om het aan te horen.
Natuurlijk moeten wij respect hebben voor iemands overtuiging en wij moeten goed begrijpen dat zij hun ziel en zaligheid er aan verbinden.
Maar het is pijnlijk voor onze Heiland.
Immers als wij zeggen dat alle godsdiensten in wezen gelijk zijn, dan zeggen wij daarmee
dat wat Jezus gedaan heeft geen meerwaarde heeft.
Zijn Offer en Zijn Kruis zijn echter totaal anders dan welke andere religie of godsdienst ook.
Wij worden verlost, terwijl in alle andere religies mensen zichzelf moeten verlossen.
Hoe sympathiek ook voor anderen, het is een klap in het gezicht van het evangelie.
Ik ben soms onder de indruk van de trouwheid van moslims aan hun Mohammed.
Hun god Allah heeft 99 namen, maar onder die 99 vinden wij niet dat hij ‘vader’ is.
Allah heeft 99 eigenschappen en daar staan prachtige dingen tussen, maar ik mis juist het woord ‘liefde’.

Heb respect voor de godsdienst van een ander.
Gebruik het om de rijkdom van het eigen geloof te ontdekken.
Geen oorlog voeren.
Kijk naar Irak om te zien wat haat met een mens kan doen.
Geen beledigingen uiten.
Niet bang zijn.
Wel wakker.
Wel rijk weten.
Heel rijk.
Liefde is het sleutelwoord.
Een rijke toespraak van onze Heiland.
Wij mogen ranken zijn aan een hemelse Wijnstok.
Niemand heeft grotere liefde, dan dat hij zijn leven inzet voor zijn vrienden…
De goede Herder zet zijn leven in voor de schapen.
Meer dan een profeet is Hij de Verlosser.
Hij neemt onze tekorten op Zich.
God wil niet dat een mens verloren gaat, maar dat een mens behouden wordt.
Maar waarom heeft God ons lief?
Hebben we daar al eens over nagedacht?

Het ligt opgesloten in Zijn Wezen… de hemelse Liefde.
Wees er trots op bij Hem te mogen horen.
Wees er zuinig op van Hem te mogen zijn.
Besef uw rijkdom. Zing ervan op verhoogde toon.

Welk een vriend is onze Jezus,
die in onze plaats wil staan,
welk een voorrecht dat ik door Hem,
altijd vrij tot God mag gaan.

Ds. A.H. Groen