Farao zal niet luisteren

Wij noemen deze weken voor Pasen, met vele gemeenten, de Lijdenstijd.
Anderen noemen deze tijd ook wel de 40-dagentijd of de vastentijd.
Ik hou meer van het woord Lijdenstijd omdat het precies aangeeft waar het om gaat: dat wij als mens en als gemeente onderweg zijn naar het Kruis en de overwinning van Gods genade.
De prijs was hoog. Die mogen wij nooit onderschatten.
Het oecumenische leesrooster doet ons deze weken de Exoduslijn volgen. Dat is wel mooi, omdat op het moment dat Jezus stierf het volk de bevrijding uit Egypte vierde.
Onderweg naar dit Paschafeest las en leest het joodse volk de Exodus verhalen.
Mede door de door ons gewaardeerde rabbi Gamaliël wordt er bij gezegd dat wij onze naam erin mogen lezen.
Wij worden onderdrukt door allerlei Farao’s. Wij worden bevrijd uit de slavernij. Het is onze God die ook voor ons is neergedaald om ons te redden ( Ex 3: 8).
God roept zijn knecht Mozes en Mozes gaat onderweg.
Als hij de eerste keer bij Farao geweest is, wordt hij honend weggestuurd en de het joodse volk moest nog harder werken. Nu in Exodus 6 gaat hij voor de tweede keer. Hij is er niet blij mee.
“U heeft Uw volk geenszins gered”, zegt Mozes in zijn gebed tegen God.
Hij durft veel tegen God te zeggen.
Hij is eerlijk, want het is zijn pijn.
En in een oprechte band met God mogen wij ook onze pijn laten zien. Maar dan moeten we ook luisteren naar het hemelse antwoord.
God troost hem met de woorden: Ik zal u tot een God zijn, opdat gij weet, dat Ik de Here, uw God ben.
God is wel degelijk de Bevrijder.
Op Zijn tijd.
God bevrijdde uit Egypte.
God bevrijdde uit de Ballingschap.
God bevrijd nog hoger en rijker in Jezus Christus:
Zie, het Lam Gods dat wegneemt de zonden der wereld.
Meer dan Mozes is Jezus.
Nu is Gods bevrijding voor eeuwig en alomvattend.
Kijk goed de komende weken.
Zie gelovig op het Kruis.
Ga mee met uw en jouw Heiland.
Het loopt uit op een hemels beloofd land.

ds. A.H. Groen