God maakt een nieuw begin

Dit zijn Jakobs geschiedenissenGenesis 37:2a

Dat betekent het woord, in Genesis 37, vertaald door geschiedenissen en elders door geboorten.
God maakt een nieuw begin. De Heere regeert!
Zo maakt God in Genesis wel tien maal een nieuw begin in Zijn handelen met mensen. Hier, in Genesis 37 klinkt dit woord voor de laatste keer. Het boek van Gods geschiedenis over de wording van hemel en aarde, loopt uit, vindt zijn hoogtepunt in Jakobs geschiedenissen.
Voor onze ogen is dit een geschiedenis van val, afval en verwording.
Wat is er immers van Gods mooie schepping geworden?
En lijken Jakobs geschiedenissen niet een geschiedenis van menselijk bedrog, haat, afgunst en broedermoord?
En toch… de Heere regeert. Hij maakt een nieuw begin: JOZEF.
Zijn levensgang van vernedering en verhoging staat in Jakobs geschiedenissen centraal.
Goddelijk handelen. Heilshandelen, om door hem een groot volk in het leven te behouden.
God gaat Zijn gang door onmogelijkheden heen.
Lees maar mee: En Israël had Jozef lief boven al zijn zonen…vs. 3.
Jakob vervalt in dezelfde zonde als zijn vader Izak en zijn moeder Rebekka.
Heeft Jakob dan niets geleerd van Gods handelen? Dat Hij regeert en Zijn woord vervult.
Israël, de genade-naam, die de Heere Jakob gaf, blijft zondaar. Hij trekt Jozef voor.
Zoiets moet wel verkeerd gaan…
Jozef zelf maakt het nog erger: Hij droomt. In zijn dromen buigen zijn ouders en broers zich voor hem neer.
Heeft Jozef het verstaan…, begrepen… dat de Heere zo zijn daden openbaart met het oog op het behoud van zijn broers en hun nageslacht?
Voor het oog groeit alleen maar het verzet. Meester Dromer… Nu komt dan, en laat ons hem doodslaan…vs. 20.
Is dit Gods nieuwe begin? Regeert hij wel?
Het lijkt toch allemaal fout te gaan: Een slappe, onverstandige vader; een over het paard getilde zoon; afgunstige broers met moordplannen in hun hart.
Waar lezen we dergelijke woorden nog een keer?
Is ’t niet o.a. in Mattheüs 12:14…En de Farizeën, uitgegaan zijnde, hielden te zamen raad tegen Hem, hoe zij Hem doden mochten. Gods raad gaat in vervulling.
Jozef is type van Christus. Op Hem loopt immers Gods handelen uit: Opdat Hij Zijn volk zou zalig maken van hun zonden…
Als eens Jozef, komt Hij, naar ’s Vaders welbehagen tot zijn broeders, tot de Zijnen, maar… de Zijnen hebben Hem niet aangenomen
En zij sloegen de handen aan Hem…
Aan Jozef, aan Jezus, wordt openbaar, maakt God openbaar wat er leeft in ons hart: broedermoordenaars.
God maakt in Jozef een nieuw begin tot behoud van Jakobs kinderen.
God handelt in Jezus tot behoud van zondaren.
Jakobs kinderen ergerden zich aan Jozef en daarin ergerden ze zich aan Gods genadig handelen met hen.
En wij?
God openbaart ons de Getrouwe aan Zijn Woord: Ik maak een nieuw begin…
Vrije gunst voor broedermoordenaars. Uw afgunst wordt overwonnen door Gods gunst.
Uw schuld verzoend, door Jezus, die uw schuld op Zich nam.
Uw hoogmoed wordt neergeslagen door Jezus, wiens troon een kruis is, opdat u met Hem als koningen zult heersen.
Wonderlijk zijn Gods wegen…
Hij maakt alle dingen nieuw… Hij regeert ook nu door onze onmogelijkheden heen!
Hij vraagt u nogmaals: Wat dunkt u van Mijn Christus?

ds. J. de Jong