Houvast

Wat is uw enige troost, zowel in het leven als in het sterven?

Dat ik, met lichaam en ziel, zowel in het leven als in het sterven, het eigendom ben van mijn getrouwe Zaligmaker Jezus Christus, Die met Zijn kostbaar bloed voor al mijn zonden volkomen heeft betaald en die mij uit alle heerschappij van de duivel heeft verlost.(Heidelbergse Catechismus, Zondag 1).

Een collega mailde maandag jl. over de paginagrote poster in ‘Het Parool’ van vorige week zaterdag. Op de foto staat de wereldbol. In het midden daarvan licht Nederland op. Die wereldbol rust in twee handen. Daaronder staat met grote letters: ‘Hou vol’.

Ik zou best eens willen doorpraten met de auteur van deze poster. Over die handen bijvoorbeeld. Van wie zijn die handen? Op de poster wordt ook nog een gedeelte van de armen zichtbaar. En dan houdt het op. Jammer is dat. Ik ben wel benieuwd naar het gezicht achter die handen.

Ik zie in deze poster iets van een hunkering naar geborgenheid. Dat is heel herkenbaar vandaag. Zekerheden vallen immers weg. En dan?

Een negrospiritual zingt: ‘He’s got the whole world in His hands’. Hij houdt de hele wereld in Zijn handen. Die handen zijn van God. Bedoelde de postermaker dat misschien ook? Het blijft wat dat betreft toch een beetje vaag.

Wordt het christelijk geloof toch niet concreter? Het fragment uit de Heidelbergse Catechismus neemt me immers mee naar Golgotha. Ook daar zie ik twee handen. Het blijft niet gissen van wie die handen zijn. Integendeel. Het zijn immers de handen van Jezus. Zo pijnlijk concreet is het christelijk geloof. Die handen zijn doorboorde handen. Op een bepaalde manier zie ik in die handen de handen van God.

Zo’n poster geeft te denken. Boeiend is dat. ‘Wat is uw enige troost?’ Dat vind ik wel ook een mooie vraag in het gesprek met de maker van de poster.  Het oorspronkelijke woord voor ‘troost’ betekent ook iets als ‘houvast’. ‘Wat is uw enige houvast?’ Overigens stel ik die vraag ook aan mezelf.

In een andere seculiere krant schreef een gerespecteerd columniste: ‘Ondertussen bid ik tot mijn God, en de God van mijn voorouders. Bewaar ons, bescherm ons, houd ons vast’. In een crisistijd komt het verlangen naar houvast boven drijven. Ik hoef mezelf niet vast te houden. Dat wordt zichtbaar op die poster. Niet minder op Golgotha. Die doorboorde handen houden me vast. Hoe vreemd dat natuurlijk ook klinkt. Zo voor het blote oog heeft Jezus alles en iedereen los moeten laten. Toch is het tegendeel waar. Die doorboorde handen houden me vast. Ik word vastgehouden in Zijn liefde.

‘Hou vol’, met grote letters staat het onder de afbeelding. Het is nog lang geen 1 juni. Hoe houden we het vol? Zou het misschien kunnen helpen wanneer we leven uit de liefde van Jezus?

         Ik heb slechts één houvast in leven en in dood:

         mijn trouwe Heiland die zijn kostbaar bloed vergoot.

         Heeft heel de prijs betaald voor al mijn schuld en zonden,

         Hij heeft mij vrijgekocht, uit satans strik ontbonden;

         ik heb de zeggenschap over mijzelf verloren,

         met lichaam en met ziel mag ik Hem toebehoren.