Kerstfeest in de zomer            

De vrouwen zeiden tegen Noömi: ’Geprezen zij de HEER, die jou vandaag iemand heeft gegeven die voor je zorgen zal. Moge zijn naam in Israël blijven voortbestaan!’
Ruth 4: 14

In de afgelopen tijd overdachten we de geschiedenis van Noömi. Wat een aangrijpende levensweg heeft zij meegemaakt! Gevlucht vanwege de honger in Israël kwam zij aan in Moab. Daar verloor zij achtereenvolgens haar man en haar beide zonen. Een onvoorstelbaar verdriet voor deze vrouw. ‘Noem mij maar Mara, want mijn levensweg is bitter’, zegt zij dan ook. Er kunnen momenten zijn, waarop we ons heel goed herkennen in de wanhoop en het diepe verdriet van deze vrouw.

Toch wordt zij er aan het einde van het boek aan herinnerd dat de HERE God haar ook in alle verdriet en pijn heeft gedragen. Het zijn de buurvrouwen van Noömi, die haar erop wijzen, dat God trouw is. De HERE God heeft aan Noömi een schoondochter gegeven die voor haar zorgt: Ruth. Ruth is voor haar schoonmoeder een hulp. Zij wijdt zichzelf toe aan de God van Israël. Met de belijdenis ‘uw volk is mijn volk en uw God is mijn God’ belijdt zij de Naam van de God van Israël. Zij wijkt niet van de zijde van haar schoonmoeder. Prachtig is het wanneer er mensen zijn, die je zo terzijde staan! Prachtig is het ook wanneer je zelf zo iemand anders terzijde kunt staan. In de persoon van Ruth zien we een ontroerend voorbeeld van zorgzaamheid en liefde.

De HERE God is trouw. Dat zien we wanneer Ruth zwanger wordt van Boaz en een kind baart. De buurvrouwen komen op kraambezoek in Bethlehem. Obed is de naam, die door de buurvrouwen wordt gegeven. Het is een ontroerend beeld. Oma Noömi neemt haar kleinkind op haar schoot. Het is tegelijkertijd méér dan een prachtig plaatje. In dit beeld wordt duidelijk dat het kind van Boaz en Ruth wordt geadopteerd in Israël. Obed wordt aan Noömi gegeven om voor haar te zorgen. Letterlijk staat er dat Obed gegeven is tot een losser voor Noömi. De toekomst opent zich voor Noömi. Terwijl haar levensweg menselijkerwijs gesproken was doodgelopen, krijgt zij nieuwe hoop door de geboorte van Obed.

Obed is een dienaar. Dat betekent zijn naam. Zo wijst Obed heen naar de Here Jezus Christus. Het beeld van het kraambezoek in Bethlehem wijst vooruit naar de geboorte van Jezus in Bethlehem. Herders en wijzen uit het Oosten komen op kraambezoek en knielen neer bij de kribbe. Iedere zondag worden wij uitgenodigd om met hen te knielen voor dit Kind, dat werd geboren als een Losser. Zo is het ook midden in de zomer al een beetje kerstfeest.

Komt allen tezamen, Jubelend van vreugde:
Komt nu, o komt nu naar Bethlehem!
Zie nu de vorst der engelen hier geboren.

J.W. Sparreboom