Loofhuttenfeest

(bij Johannes 7 en 8)

De afgelopen week heeft de synagoge het loofhuttenfeest gevierd.
Een blij feest om te zien en mee te maken.
Het feest duurt zeven dagen en de joden herdenken hoe zij 40 jaar in de woestijn in tenten en hutten onderweg waren.
Veel van de joodse gedenkdagen herinneren aan gebeurtenissen uit het Oude Testament.
Heden ten dage maken veel joodse gezinnen in hun tuin of op het balkon een loofhutje. Zeven dagen gebruiken zij er hun maaltijden in en doen spelletjes met de kinderen en luisteren naar de verhalen over de tocht door de woestijn. In Leviticus 23: 33-44 kunt u er over lezen.
Met nadruk staat er dat het dak open moet zijn, dat je door de bladeren heen de sterren moet kunnen zien.
Dat wijst een mens op het relatieve en het kwetsbare van het leven. Maar, schrijft dr. Cohen Stuart, zo kan God ook naar binnen kijken bij je.
Daar houden wij niet zo van: dat God in de ‘keuken’ kan kijken van ons huis. Maar zo kan het ook een ‘welkom’ aan God zijn: “Kom maar, trouwe God, dit is mijn leven. Ik heb U nodig”. Het Loofhuttenfeest is ook nadrukkelijk het feest van de eindtijd met al zijn donkere tonen. God zal ons moeten bewaren. Op de Sabbath die in deze periode valt, wordt Ezechiel 38 en 39 gelezen: de strijd van Gog en Magog. Het mag en zal toch feest zijn. De overwinning staat namelijk vast. Ook Jezus vierde nadrukkelijk het Loofhuttenfeest en is dan in Jeruzalem. (Joh 7 en 8). In Joh 7:37-44 spreekt Jezus er over dat Hij het water des levens is. Johannes vermeldt nog dat het de laatste dag van het feest is. Dat klopt precies: op die dat is het water-festijn. Als contrast met de droogte van de woestijnreis is er een waterfeest voor de kinderen en de mensen op het tempelplein. De hogepriester heeft dan in een gouden kruik water gehaald uit de bron en sprenkelt dat over het altaar. Juist dán zegt Jezus: Ik ben het water des levens. In Joh 8 zegt Jezus dat Hij het Licht der wereld is. Ook dat is een element van het oude Loofhuttenfeest: het was nl. een lied over de tempel dat Jezus heel nadrukkelijk op Zichzelf betrekt. Hij is een wandelende tempel. En bovendien: dit element van de wereld is heel nadrukkelijk aanwezig in het Loofhuttenfeest. Wat dat betreft is het eigenlijk wel opmerkelijk dat wij als christenen niets met het loofhuttenfeest doen. Pascha is
Pasen geworden. Wekenfeest is de basis van het Pinkster-
feest. Maar met het Loofhuttenfeest doen wij niets. In
Zacharia 14:8-21 worden wij als vreemdelingen nadrukkelijk
uitgenodigd het feest mee te vieren.
Maar daar doen wij niets mee. Dat is wel merkwaardig.
Nu zie ik er geen heil in om ook hutjes neer te zetten en
het feest aan de buitenkant mee te vieren. Laten we als
christenen eerst maar eens inhoudelijk nadenken.
Het loofhuttenfeest heeft ook alles te maken met het
eeuwige feest.
Wat dat betreft is het ook bijzonder om Openbaring 21 te lezen: “zie de tent van God is bij de mensen. Hij zal bij hen wonen en zij zullen Zijn volkeren zijn”.
Laten wij eerst maar eens in ons hart vieren dat wij mensen onderweg zijn.
Dat wij kwetsbaar en broos zijn.
Dat de reis soms een woestijntocht is.
Maar . . .
dat onze Heiland het levende water is.
Dat het evangelie levend water is.
Dat de hemelse genade levend water is.
Hoezeer mensen soms ook oordelen.
Hij ís het Licht der wereld.
En wij zijn onderweg naar een hemels feest.
Waar God bij ons zal wonen.
En wij bij Hem.

Heel hartelijke groet,

ds. A.H. Groen