Ontferming

Gelijk zich een vader ontfermt over de kinderen, ontfermt Zich den Heere over degenen die Hem vrezen. (Psalm 103: 13)

De Heere ontfermt zich over degenen die Hem vrezen. Wat een geweldige troost kunnen we putten uit deze woorden van psalm 103. De Heere verlaat ons niet. Hij wil erbij er zijn.

In de namiddag zat ze huilend op één van de bankjes in de aula. Haar klasgenoten waren naar huis en de lessen waren voorbij. Nog maar twee weken zat ze in haar nieuwe klas en nu al leek het of ze er alleen voor stond.

Ik liep op haar af en vroeg of ze wat water wilde. Snikkend ging ze mee naar de kantine. Daar ging ze op een stoel zitten en vertelde ze met horten en stoten dat haar fietsgroepje niet op haar had gewacht terwijl zij nog een toets moest inhalen. Toen we verder praatten vertelde ze dat de meiden eigenlijk nooit iets aan haar vroegen. Ze voelde zich alleen.
Al pratend droogde ze haar tranen. Ik belde naar huis om te zeggen dat ze later zou komen. Haar vader vertelde me dat hij haar tegemoet zou fietsen. Toen ik dat vertelde wilde ze niets liever dan direct naar huis.

Ze voelde zich alleen. Als we ons alleen voelen is het goed te weten dat er iemand van ons houdt. Iemand die op ons wacht. Dat vergeten we soms op het moment dat we verdriet hebben. Totdat we getroost worden. Totdat iemand zich over ons ontfermt. Dan weten we weer dat er iemand van ons houdt en op ons wacht.
God wil ons troosten en wil Zich over ons ontfermen vanuit Zijn Woord. Hij werkt met Zijn Heilige Geest in ons. De Heilige Geest vertroost ons juist als we ons verlaten en alleen voelen.

Als soms vrienden ons verlaten;
Gaan wij biddend tot de Heer;
In Zijn armen zijn wij veilig;
Hij verlaat ons nimmermeer.

De Heere verlaat nooit wat Zijn hand begon. Hij vertroost ons ook als Hij in onze ogen zo ver weg lijkt. Als we ons eenzaam voelen omdat vele geliefden ons al ontvallen zijn. Als we zo weinig bezoek krijgen en de dagen zich aaneenrijgen in eenzaamheid. Als de stilte van onze kamer in het ziekenhuis, verpleeghuis, bejaardenwoning ons als een dichte mist omringt. Dan kunnen we veel verdriet hebben. We mogen onze tranen uitstorten voor Gods aangezicht en Hem vragen om troost. Hij zegt in Zijn Woord: “Ik zal u niet begeven en Ik zal u niet verlaten”. Ook als we bij de kudde van de Goede Herder vandaan geraakt zijn, wanneer we afgedwaald zijn mogen we weten dat Hij ons opzoekt. Luister daarom naar Zijn stem. Hij roept U en jou!

Hij ontfermt zich over degenen die Hem vrezen. Zijn Zoon Jezus kwam naar de aarde om juist de zieken de eenzamen en de armen te zoeken. We lezen dat Jezus met innerlijke ontferming bewogen was. En Hij kwam ook om zondaren met God te verzoenen. Om afgedwaalden terug te brengen bij de kudde. Om dan voor eeuwig bij Hem te zijn. Dan is er ook verwachting. Om Hem nu al in het klein maar eenmaal volkomen groot te maken.

J.W. Westland