Tranen

En Petrus, naar buiten gaande, weende bitter…
Lukas 22: 62

In de Petruskerk te Jeruzalem hangt aan de muur een bordje, met daarop de volgende tekst: Jezus, eens diep bedroefd over de zonde van Petrus, ziet ook ons aan. Hij wil ook ons tot tranen van berouw over onze zonde brengen. Hoe meer wij in berouw huilen, omdat wij Jezus verdriet hebben gedaan, des te vuriger zal onze liefde voor Hem zijn.

Er zijn misschien wel drie soorten tranen:

1. Krokodillentranen.
Ik moet denken aan dat schilderij van dat huilende meisje. Een dikke traan biggelt over haar wang. Als ik ernaar kijk, krijg ik bijna medelijden. Ondertussen denk ik wel: als de moeder van dat meisje een zakdoek pakt, die traan afveegt en haar een dikke kus geeft, dan is zij haar verdriet vergeten.
In de kerk krijgen wij ook wel eens tranen in onze ogen. Het orgelspel ontroert ons. Een psalmvers spreekt ons bijzonder aan. Wij worden getroffen door een opmerking in de preek.
Toch moeten wij met de beoordeling van tranen voorzichtig zijn. Want krokodillentranen zijn tranen, die gemakkelijk met een zakdoek afgeveegd kunnen worden. En dan gaan wij al gauw weer over tot de orde van de dag.
Als Petrus in de donkere nacht bitter weent, schreit hij geen krokodillen-tranen. O neen, dit zijn bittere tranen van berouw, die opborrelen uit een gebroken hart en een verbrijzeld gemoed. Krokodillentranen worden door mensen opgewekt. Bittere tranen worden door de Heilige Geest in ons hart verwekt.

2. Bittere tranen.
In het lijdensevangelie krijgen zowel Judas als Petrus berouw.
Judas krijgt berouw, omdat hij onschuldig bloed heeft verraden.
Petrus krijgt berouw, omdat hij zijn Zaligmaker heeft verloochend.
En toch zit er tussen het berouw van Judas en Petrus een hemelsbreed ver-schil. Het berouw van Judas is een gevolg van verbittering, terwijl het berouw van Petrus een gevolg is van verbrijzeling.
Judas vlucht met zijn berouw bij Jezus vandaan, terwijl Petrus met Zijn berouw naar Jezus toe vlucht. Judas is bang voor de straf op en de gevolgen van de zonde, terwijl Petrus de bitterheid van de zonde zelf proeft.
Het klinkt misschien een beetje vreemd, maar ik hoop van harte dat wij wenen over onze zonde. Want bittere tranen zijn de voorbode van de waarachtige be-kering. Paulus zegt in 2 Corinthe 7: 10: Want de droefheid naar God werkt een onberouwelijke bekering tot zaligheid…

3. Vreugdetranen
De Heere Jezus zegt in Matthéüs 5:4 tegen Zijn discipelen: Zalig zijn die treuren; want zij zullen vertroost worden. Die verandering voltrekt zich eveneens in het leven van Petrus. Na Pasen maakt de Heilige Geest Zijn werk in het hart van Petrus af. Aan de oever van het meer van Galilea herroept Petrus zijn drievoudige verloochening met een driedubbele belijdenis: Ja Heere, gij weet alle dingen, gij weet dat ik U lief heb.
Als wij bittere tranen schreien vanwege onze zonde, dan wil de Heilige Geest in die tranen een druppel genade laten vallen. Want alleen Gods genade verandert bittere tranen in vreugdetranen. En vreugdetranen zijn weer de voorbode van de hemelse blijdschap, die uw deel zal zijn op de jongste dag. Dan zal de opgestane en verheerlijkte Christus alle bittere tranen van onze ogen afwissen en dan zullen wij uitsluitend tranen van vreugde schreien. De dichter van Psalm 30 zingt:

Gij hebt mijn weeklacht en geschrei
Veranderd in een blijden rei;
Mijn zak ontbonden, en mij weer
Met vreugd omgord; opdat mijn eer
Niet zwijg’; Zo klimt Uw lof naar boven.
Mijn God, U zal ik eeuwig loven.

ds. H. J. van der Veen