Henoch dan wandelde met God, en hij was niet meer; want God nam hem weg. (Genesis 5: 24)
Veel mensen willen wel met God sterven, maar niet met Hem leven. Wandelen met God heeft voor hen iets beklemmends. Zij denken het bordje “verboden toegang” vaak tegen te zullen komen, maar beseffen niet dat het is: “verborgen omgang”. Een leven met God is een leven vol vreugde. Wandelen met God is gevolg geven aan de uitnodiging van de Heere om met Hem een eindje om te gaan. En al is het zo dat er verdrukkingen komen en/of zijn, dat neemt niet weg dat de tegenspoeden en zorgen rijkelijk vergoed worden door Gods nabijheid. Psalm 42 bezingt het: De HEERE zal uitkomst geven!
De gemeente volgt haar Heere en zij weet dat alle dingen meewerken ten goede. Henoch wandelde met God en hij is geen kluizenaar geweest, hij kreeg zonen en dochters. Hij was een man die in alle omstandigheden met God rekende. Hoe het ook moog tegenlopen, blijf op Gods goedheid hopen! Wie heeft lust de Heere te vrezen en te ondervinden dat God zelf je Leidsman wil wezen en je leren wil hoe je wandelen moet? Echter je kunt niet met God wandelen zonder Hem eerst ontmoet te hebben. Nu is er slechts één plaats bij uitstek waar de heilige God een onheilig mens in vrede kan ontmoeten, namelijk aan de voet van het kruis van Jezus Christus. Zonder het geloof dat Jezus als schuldverzoener optreedt, is het onmogelijk om God te behagen en met Hem te wandelen. Geloof en wandel horen bij elkaar. De wandel met God vraagt om waakzaamheid. Het wandelen in zonde is niet te verenigen met het wandelen met God. De wandel met God is een leven van het gebed. Wie wandelt met God spreekt veel en vaak tot Hem, legt zijn zorgen voor Hem neer, belijdt zijn schuld, vraagt in alle dingen Hem om raad en wordt bemoedigd door Zijn beloften. De wandel met God is een zalig leven. Zalig omdat wij dan nooit alleen zijn, maar steeds mogen opzien tot een verzoend God en Vader, Die ons overal met Zijn genade en troost begeleidt. Zalig, omdat wij slechts gehoorzaam hebben te volgen. Zalig omdat Hij ons leidt langs een opgaande weg, die in de hemel uitloopt. Aan het graf zegt men: Hij/zij is niet meer, het geloof zegt onmiddellijk met een blijde jubel: God nam hem/haar weg! Wandel dan in het licht met Jezus! Aan de voet van het kruis: gelovend, wakend, biddend, zalig!
Pieter Alblas