Vaak voel je je een klein mens. Heel veel dingen, heel veel omstandigheden laten zich niet verande-ren. Als je als kwetsbaar mens niet vermor-zeld wilt worden door andere mensen of door de omstandigheden, moet je slim zijn.
In de Bijbel lezen we over slim-zijn, beter gezegd: wijs-zijn. Dit is het thema van het bijbelboek Spreuken. Het gaat over de wijsheid van God. Als je klein bent, moet je wijs zijn, de wijsheid van God hebben. Dan gaat het in je leven goed.
Wat is nu Gods wijsheid? De spreukendichter (30: 25) geeft op deze vraag antwoord in een dierkundeles. Hij wijst op de klipdassen. Dit zijn hoefdieren die erg op marmotten lijken, maar zo groot zijn als konijnen. Ze kunnen tussen de dertig en vijftig centimeter lang worden. Heel bijzonder aan deze dieren is dat ze aan hun voeten eeltkussentjes hebben. Daarmee kunnen ze iets heel belangrijks. Door het steeds optrekken en neerduwen van hun poten doen ze een luchtledige ruimte ontstaan. Zo kunnen ze zich met behulp van een soort vacuümpompje vastzui-gen aan vlakke oppervlakten. Hun zuignappen zijn zo krachtig dat deze dieren in staat zijn steile rotshellingen te nemen. Elk ander dier zou er vanaf vallen, maar zij niet. Ze kunnen ook geweldig ver springen door hun ontwikkelde achterpoten. Klipdassen hebben wel veel vijanden, roofvogels zoals arenden. Deze duiken opeens naar beneden om zo’n lekker klipdasje te kunnen verschalken.
Wat is nu de wijsheid van de klipdassen? Ze zijn machteloos, een prooi voor roofdieren. Maar ze zijn slim om zich daartegen in te dekken. Als ze hun voedsel verzamelen, zetten ze wachtposten uit. Die maken een gillend, fluitend geluid als er gevaar dreigt. Als de andere klipdassen uit de troep van 50 stuks dit geluid horen, springen ze direct weg. Ze gaan naar zo’n steile rots. Ze duiken weg in een rotsspleet. Hier zijn ze volkomen veilig. De roofvogel of het roofdier heeft het nakijken. Dat is wijs van die dieren. Ze weten: in het gevecht hebben we geen schijn van kans. Daarom gaan ze die strijd in eigen kracht dan ook niet aan maar vluchten in de rots.
Wat kunnen wij van deze diertjes leren? We kunnen leren dat we onszelf niet moeten overschatten. We zijn maar klein. We kunnen in deze wereld echt niet standhouden in eigen kracht. Er zijn zoveel dingen die verkeerd zijn. We worden ook zo gemakkelijk verleid. Daarom moeten we ons bergen op een veilige plaats. Ergens in de Bijbel staat: ‘Die rots is Christus’. We moeten ons verbergen bij de Here Jezus, schuilen bij Hem. Van Hem onze bescherming verwachten en van Hem onze hulp. En Hij belooft ons ook dat te geven wat we nodig hebben. Daarom is het heel belangrijk om je telkens toe te vertrouwen aan Hem. Heel persoonlijk bidden. Dat niet vergeten of daar slordig in worden, omdat het al zo lang goed gaat. Want plotseling kan er gevaar komen. Berg je dan persoonlijk.
Leer van de wijsheid van de klipdassen: berg je op een veilige plaats, bij Christus!
G.J. Mink