Zomers zien we weer veel mieren. Het is hinderlijk als ze in huis komen. We vinden ze vies en zetten mieren-lokdoosjes. Het zijn kleine diertjes. Je kunt ze zo vertrappen. Je kunt ze met een spuitbus zo verdelgen. Het is een volk, zo staat in Spreuken 30: 24, zonder kracht. Toch zijn zij wijs. Waarom?
De mieren die het meest in ons land voorkomen, zijn de zogenaamde rode bosmieren. Deze houden in de winter een winterslaap. Dit type mier komt in Israël niet voor. De mieren in Israël houden geen winterslaap, maar ontplooien in de winter juist veel activiteit. Juist dan zijn er de bruiloftsvluchten. Juist dan worden de eieren gelegd en worden de jongen verzorgd in de ondergrondse nesten. Dan is er dus veel voedsel nodig. En dat voedsel is er in die wintertijd niet of nauwelijks. Dan zijn er nauwelijks andere insecten, die gegeten kunnen worden, dan is er geen graan op de akker, dan zijn er weinig bloemen met bloemennectar.
Wat is nu de wijsheid van de mieren? Hun wijsheid is dat ze in de zomer al voorzorgsmaatregelen treffen met het oog op de a.s. winter. De werkstermieren gaan in de zomer op strooptocht, transporteren grote graankorrels vanaf het veld, de dorsvloer, of vanuit schuren en brengen die in het mieren-nest. Heel actief zijn ze, soms wel 16 uur op een dag.
Wat kunnen wij van die mieren leren? Wij moeten leren met de toekomst rekening te houden en onze voorzorgsmaat-rege-len treffen. Overdag rekening houden met de nacht. In de zomer rekening houden met de winter door vakantie te nemen om energie genoeg te hebben voor het werkseizoen. In onze jeugd denken aan straks door een goede opleiding te volgen, door niet maar wat te lanterfanten, maar serieus met ons huiswerk en ons schoolwerk bezig te zijn. Nu ook rekening houden met de grote toekomst van God. In de tijd denken aan de eeuwigheid. Heel veel mensen denken alleen aan het leven nu. Ze eten als het ware alles in de zomer op en hebben in de winter niets meer over. Maar wil je straks het leven hebben, het eeuwige leven hebben, dan moet je daar nu al aan denken. Concentreer je daarom nu al op de dingen van God. Vertrouw je aan Hem toe.
Als je zo met de toekomst bezig bent en je voorbereidt op het leven in Gods Koninkrijk door je daarin te oefenen, dan ben je wijs. Dan is het leven straks niet voortijdig afgelopen, maar zul je juist dan de vreugde van het leven kunnen en mogen genieten.
De mieren zijn zo wijs nu te denken aan straks, aan de toekomst hier op aarde, maar ook aan de toekomst van God. Doe naar de manier van deze dieren en word wijs.
G.J. Mink