Gedicht

Dit is mijn troost in leven en in sterven:
dat ik niet meer mijzelf, maar Christus toebehoor.
Dat Hij voor mij het leven wou verwerven
toen Hij Zijn leven aan het kruis verloor.
Hij heeft voor mij betaald mijn vele grote schulden,
en Hij heeft mij verlost van satans heerschappij.
Nu ben ik wélbewaard. Hij zal niet dulden
dat ik verga, want Hij staat aan mijn zij.
Ja, alles wat mij overkomt moet dienen
tot mijn behoud, en ’t heil door God mij toegezegd.
Ook zal Zijn Geest, de grote ongeziene
mij leiden; dwaal ik, Hij brengt mij terecht.
Hij zal mij voor Gods woord ontvank’lijk maken,
mij op Gods weg doen gaan, gewillig en bereid,
en als ik sterf zal ik bij Hem ontwaken
om weer te leven tot in eeuwigheid.