Want de overheid is Gods dienares
(Romeinen 13: 4a)
Achter gesloten deuren zijn de informateurs Kamp en Bos bezig met de samenstelling van een nieuwe kabinet bestaande uit twee partijen, de VVD en de PvdA. Terwijl wij aan de zijlijn meekijken, verdiepen wij ons graag in de Bijbel. Wat zegt de Bijbel over onze overheid. Zes vragen wachten op antwoord.
Vraag 1. Wat zegt de Bijbel over de overheid?
De Bijbelse visie op de overheid kunnen wij in één woord samenvatten: theocratie. En met theocratie bedoelen wij dan, dat God regeert! Denk maar aan Psalm 99: ‘God de Heere regeert!’
Vraag 2: Hoe is de verhouding tussen de kerk en de overheid?
Een korte blik in de kerkgeschiedenis leert ons het volgende.
1. In de eerste eeuwen van onze kerkgeschiedenis staat de kerk tegenover de overheid (Augustinus).
2. In de Middeleeuwen leeft de opvatting dat de kerk boven de overheid staat (Paus Gregorius VII en keizer Hendrik IV).
3. In tijd van de Reformatie verandert de verhouding tussen kerk en overheid opnieuw. Luther plaatst de kerk naast de overheid.
4. Sinds de Verlichting heeft de scheiding tussen de kerk en staat zich voltrokken (Pechtold)
Vraag 3: Waarom hebben wij een overheid?
1. Wij hebben een overheid vanwege de zonde van de mensen. Onze goede God geeft aan onze overheid de opdracht om onze zonde in te dammen en onze losbandigheid te beteugelen.
2. Wij hebben een overheid voor rust en orde in de samenleving
De overheid moet de veiligheid van de staat en de veiligheid op straat waarborgen. De overheid heeft daarom het zwaardrecht en de zwaardplicht.
Vraag 4: Wat is de taak van de overheid?
Het is de taak van de overheid om de Wet van God te handhaven. Dat geldt zowel voor de Eerste als de Tweede Tafel van de Wet.
Vorige week zijn de nieuwe Kamerleden beëdigd. Jaco Geurts zei: ‘Het Woord van God is bepalend voor mijn handelen, ook in de politiek.’ En mw. Dik – Faber zei: ‘De Bijbel is geen politiek handboek dat voor ieder willekeurig vraagstuk pasklare antwoorden biedt, maar wel mijn basis van waaruit ik politiek bedrijf.’
Vraag 5: Wat mag de overheid van haar onderdanen verwachten?
1. De overheid mag van ons gehoorzaamheid verwachten.
Iedereen is verplicht zich aan de overheden te onderwerpen en belasting te betalen, mits de overheid niet strijdig handelt met Gods Woord. Want in Handelingen 5: 29 staat: “Wij moeten aan God meer gehoorzaam zijn dan aan mensen.” Guido de Brès heeft deze belijdenis met zijn eigen bloed moet bezegelen. Als hij op 31 mei 1567 in het openbaar terecht wordt gesteld, luiden zijn laatste woorden: ‘Wees onderdanig aan de overheid, en wees trouw aan de waarheid.’
2. De overheid mag van ons verwachten, dat wij voor haar bidden
Paulus schrijft in 1 Timothéüs 2: 1 en 2: “Ik roep er dan vóór alles toe op, dat smekingen, gebeden, voorbeden en dankzeggingen gedaan worden voor alle mensen, voor koningen, en allen, die hooggeplaatst zijn, opdat wij een rustig en stil leven zullen leiden in alle godvrucht en waardigheid.”
Het gebed van de kerk voor de overheid kan een heel kritische functie hebben. Het gebed is een machtig wapen in de strijd, die de kerk voert voor een christelijke overheid en voor de kerstening van de samenleving.
Vraag 6: Hoe staat het met onze gehoorzaamheid aan Koning Jezus?
Ik hoop dat wij er allemaal diep van doordrongen zijn, dat wij pas echt in vrede leven, als Jezus Christus Koning over ons leven is. Psalm 72 spoort ons aan om voor de Heere Jezus op de knieën neer te vallen en Hem te aanbidden als de Koning van ons leven.
Ds. H. J. van der Veen