Grenzeloos

Maar het woord van God is niet gebonden.
(2 Timotheüs 2: 9)

Vakantie is voor velen het moment om afstand te nemen van het werk. Weg met de stress. Tijd om uit te blazen.

Het kan natuurlijk ook heel anders liggen. Je hoofd staat er niet naar vanwege de zorgen. Een operatie die wacht. Een relatie die op het spel staat. Een familielid die alle vrije tijd opslokt.

Middelen die ontbreken om er écht op uit te trekken. Je kunt ook een gevangene van jezelf zijn. Uitgeteld en uitgerangeerd, heb je de puf niet om ook maar iets te ondernemen.

Gebonden mensen!

Het is wát als je tot díe categorie behoort. Er zijn heel wat gebonden mensen. Met enige jaloezie kijken ze de vakantiegangers na: díe wel…….

Onze tekst wil een aansporing zijn: ‘maar het Woord van God is niet gebonden.’ Een tekst om in je zak te steken.

Het woord van God is niet gebonden. Het Evangelie houdt zogezegd geen halt bij de deur, neemt geen pauze, gaat niet op vakantie, slaat niemand over, maar gaat een geheel eigen weg. Niemand houdt het tegen! Het komt aanzetten als een waterbeekje, dat altijd wel weer een weg vindt naar beneden. Ook al liggen er nog zoveel keien en zijn er nog zoveel dammen opgeworpen.

We zouden daar wel eens wat meer oog voor mogen hebben! Want altijd weer trekken wij grenzen: tot hier en niet verder. Hier houdt het op. Het past bijvoorbeeld niet in ons schema, er zijn blokkades of we willen controle houden. Er is altijd wel wat! Wat kunnen we het Woord van God in de boeien slaan!

En nu komt Paulus ons vertellen: maar het Woord van God is niet geboeid! Let op het woordje ‘maar’. Dat duidt op een tegenstelling. Als Paulus die woorden in de mond neemt zit hij zelf gevangen om het Evangelie.

Zijn leven is een hondenleven. Hij ligt in Rome aan de ketting, in de boeien geslagen. Hij verkeert in een gedwongen isolement. Van de apostel Paulus hoeft je eigenlijk niets meer te verwachten. Hij is uitgerangeerd. Wat wil je nu nog met een vergrendelde deur voor je neus?

Als je zo uitgeschakeld wordt, ligt zelfbeklag op de loer, nietwaar? Wie zou niet een potje kunnen mieren over de eigen situatie? Gedachten die door je heen tollen: wat heb ik er van gemaakt, wat kan ik nog betekenen?

Wat kunnen we worstelen met het eigen lot. Misschien niet eens bereid om omhoog te kijken en te ontdekken dat er letterlijk geen grenzen zijn.

Paulus heeft zich verzoend met zijn uitgerangeerde positie. Sterker nog, hij is er van overtuigt dat zijn gevangenschap de voortgang van het Evangelie ten goede komt. Hij laat zich niet uit het evenwicht slaan. Zijn leven is ondergeschikt en dienstbaar aan het Evangelie. Met geboeide handen blikt hij omhoog. Daar zijn geen grenzen bij God.

Het Evangelie is niet te stuiten. Zoals een kind de pluizen van een uitgebloeide paardenbloem wegblaast, zo is ook het Evangelie. Als mensen niet tot Christus gebracht kunnen worden, kan Christus nog wel tot mensen komen.

Ook al is misschien de beleving dat we een gekooide vogel zijn, gekortwiekt en vleugellam, God zal Zijn stem laten horen, ook in uw leven. Want Hij heeft ons vrijgemaakt door de boeien van zijn eigen Zoon. En deze vrijheid laat ons niet vrij, maar maakt ons leven grenzeloos dienstbaar aan het Evangelie.

Theo den Braanker