(Lucas 2: 22-40)
De evangelist Lucas vertelt, dat Maria en Jozef veertig dagen na Jezus’ geboorte naar de tempel gaan om aan bepaalde voorschriften uit de wet van Mozes te voldoen. Volgens Leviticus 12 was een Joodse vrouw na de geboorte van een zoon zeven dagen onrein. Daarna vond de besnijdenis van het jongetje plaats op de achtste dag, kreeg hij zijn naam en werd hij ingelijfd in Gods verbond. Vervolgens had Maria 33 dagen in afzondering doorgebracht. Gedurende deze periode mocht zij de tempel en de synagoge niet bezoeken. Toen die dagen voorbij waren, gingen Jozef en Maria het kind Jezus voorstellen in de tempel (vgl. 1 Samuël 1: 24-30). Zij “boden Jezus aan de Heer aan”. Ook vond er een korte plechtigheid plaats, waarbij twee duiven (het offer van de armen) werden geofferd om de reiniging van Maria als moeder te voltrekken. (Lucas 2: 22, 23).
Wonderlijke ontmoetingen
Tijdens dit bezoek aan de tempel ontmoeten Jozef en Maria twee ouderen, die je dag in dag uit in de tempel kon vinden. Eén van hen was een oude weduwe van 84 jaar. Ze heette Hanna (genade). Hanna is een nakomeling uit een oud geslacht. Haar vader was een zekere Fanuël, (= Pniël = aangezicht van God: Genesis 32: 31) uit de stam Aser, een van de 12 stammen van Israël. Lucas noemt Hanna een profetes. Een profeet of profetes is iemand, die openlijk iets verkondigt of voorzegt, wat hem of haar door God tevoren is ingegeven. Hanna behoort tot een hele rij van profetessen. Mirjam, de zus van Mozes (Exodus 15: 20); Debora (Richteren 4: 4); Chulda (2 Koningen 22: 14) en de dochters van de diaken Filippus, die de gave van de profetie bezaten (Handelingen 21: 9).
Weduwe
Hanna was hoogbejaard, 84 jaar. Ze was al vele jaren weduwe. Op jonge leeftijd had ze haar man verloren en ze was nooit meer hertrouwd. Over kinderen zegt Lucas niets, dus we mogen aannemen, dat ze geen kinderen had. Meestal trouwden meisjes in die tijd op jonge leeftijd, als ze 15 of 16 jaar jong waren. Een simpel rekensommetje leert dan dat Hanna nog vroeg in de twintig was en al weduwe, want haar huwelijk duurde maar zeven jaar. Zo’n zestig jaar is Hanna weduwe, als ze het kind Jezus in de tempel ontdekt.
Vasten en bidden
Hanna had geen man of kinderen. Waarin vond ze dan haar doel en zin in het leven? Het antwoord is: Hanna richtte zich volledig op het dienen van God in de tempel. Daar was ze dag en nacht te vinden. Vastend en biddend. Hanna legde al haar moeiten bij God neer in het gebed. Ze bracht haar geliefden en bekenden, en de noden van haar volk onder Gods aandacht. Ze bad voor de bevrijding van Jeruzalem. Dat er iemand zou komen, iemand zou opstaan, die Jeruzalem zou verlossen. ‘Loskopen’. Zij bad niet alleen voor het einde van de Romeinse overheersing, maar vooral dat de beloofde Messias zou komen, die zijn volk alles zou geven, wat ze nodig hadden. Bevrijding uit de macht van vijanden, maar meer nog bevrijding van zonden en schuld. Wat een treffende overeenkomst is er tussen Hanna en wat Paulus in 1 Timotheüs 5: 5 zegt: ,,Een ware weduwe dan, die alleen staat, heeft haar hoop op God gevestigd en volhardt in haar smekingen en gebeden, dag en nacht”. Zou Paulus hier aan Hanna gedacht hebben? Bij Hanna ging het gebed samen met vasten. Om haar gebed en gerichtheid op God te versterken, liet Hanna geregeld haar eten en drinken staan. Door te vasten maakte Hanna zich klein voor God. Richtte zij zich nog meer dan anders op de Hoorder van het gebed. Bidden en vasten, dat vulde en typeerde Hanna’s leven.
Ontmoeting met Jezus
Ineens wordt haar gebed verhoord. Of ze net als Simeon van te voren op de hoogte was van het feit, dat dit kleine kind de beloofde Messias was, maak ik uit de tekst niet meteen op. Wel dat ze het van harte met Simeons woorden eens is. Ze loofde God en sprak met anderen over Jezus als de Messias. Mensen die net als zij uitzagen naar de verlossing van Israel! Wat een prachtig tafereel! In gedachten zie ik die oude weduwe staan bij Simeon met Jezus in de armen. Tientallen jaren heeft ze gebeden en gevast, al die uren in de tempel en dan ineens is Hij er! De Messias om wie ze zolang en zo vaak gebeden heeft. In Hem ziet ze de verlossing, de loskoping, die God aan zijn volk gaat schenken. Ze ziet het allemaal in dat kleine kind, dat Jezus heet. Ziet u, zie jij het ook?
ds. J.F. Tanghé