Hoe ziet de toekomst van Israël eruit?

Heere, zult U in deze tijd voor Israël het Koninkrijk weer herstellen?
Handelingen 1: 6b

In de dagen voor Zijn hemelvaart vragen de discipelen aan de Heere Jezus:
‘Zult u vandaag of morgen het Koninkrijk in Israël weer in ere herstellen?’
Calvijn vindt dit een domme en dwaze vraag. Hij zegt: ‘In deze vraag zitten evenveel dwalingen als woorden.’ Hij vindt deze verwachting te aards en te beperkt.

Toch denk ik dat er ten minste drie goede redenen zijn om deze vraag te stellen.
In het Oude Testament staan veel profetieën, die betrekking hebben op de komst van Gods koninkrijk. Ik denk aan Jeremia 23: 5 en Joël 3: 17.
Als ik die profetieën lees, verwonder ik mij er niet meer over, dat in de harten van de discipelen de verwachting is gewekt naar de komst van Gods koninkrijk!

De Heere Jezus heeft vervolgens in de synagoge uitvoerig gesproken over de komst van het Koninkrijk. Hij zegt in Lukas 4: ‘Ik moet ook anderen steden het Evangelie van het Koninkrijk van God verkondigen; want daartoe ben Ik uitgezonden.’
Als ik het onderwijs van de Heere Jezus op mij laat inwerken, verwonder ik mij er niet meer over, dat in de harten van de discipelen de verwachting is gewekt naar de komst van Gods koninkrijk!

De Heere Jezus heeft ten slotte Zijn discipelen geleerd om te bidden om de komst van Gods Koninkrijk. In Lukas 11 staat: ‘En Hij zei tot hen: Wanneer u bidt, zo zegt: Onze Vader, Die in de hemelen zijt! Uw Naam worde geheiligd en Uw Koninkrijk kome’.

Speelt Israël ook een rol bij de komst van het koninkrijk van God?
Ja, zeker! In Zacharia 14 staat over de dag van de wederkomst van de Heere Jezus dit: ‘Op die dag zullen Zijn voeten staan op de Olijfberg, die voor Jeruzalem ligt, ten oosten ervan. Dan zal de Olijfberg in tweeën gespleten worden naar het oosten en naar het westen…. Op die dag zal het geschieden dat er levend water vanuit Jeruzalem zal stromen, de ene helft ervan naar de zee in het oosten en de andere helft ervan naar de zee in het westen: ‘s zomers en ‘s winters zal het plaatsvinden. De HEERE zal Koning worden over heel de aarde.’

Wat zullen wij nu antwoorden op de vraag van de discipelen?
Ik denk dat wij met het oog op de toekomst de nodige terughoudendheid moeten betrachten.
Wij moeten onze fantasie niet de vrije teugel geven.
Ondertussen zijn de contouren van het Koninkrijk der hemelen wel helder.
Het koninkrijk der hemelen is niet alleen geestelijk, maar ook lichamelijk.
Niet alleen voor het volk Israël, maar ook voor de volkeren der aarde,
niet alleen voor de synagoge, maar ook voor de kerk, niet alleen voor de hemel, maar ook voor de aarde, niet alleen voor hier en nu, maar ook voor daar en straks,want het koninkrijk der hemelen zal alles omvatten.
Immers: als Koning Jezus weerkomt zal Hij alles en in allen zijn.
En die dag verwachten wij met groot verlangen!

 

Ds. H.J. van der Veen