Niet voorbij

Mijn woorden zullen zeker niet voorbijgaan (Mattheüs 24: 35b).

We zeggen het vaak: Het is weer voorbij: dat lastige examen, die intensieve bespreking of dat spannende onderzoek. Om maar iets te noemen. We halen dan opgelucht adem. Soms klinkt echter in die woorden juist teleurstelling door. Het is weer voorbij: die prachtige vakantie, dat mooie concert of die gezellige verjaardag.

De periode van catechese en kringwerk ligt weer achter ons. Het seizoen is voorbij. Zondagmorgen zijn de diensten van wijk 3 en 4 daaraan gewijd. Zondagmiddag is het afscheid van ds. Van der Veen. Voorgangers zijn voorbijgangers.

We horen de Heiland spreken over iets dat niet voorbijgaat: Zijn woorden. Deze boodschap klinkt in een aangrijpend hoofdstuk uit het evangelie naar Mattheüs. Hij spreekt over de toekomst van het Koninkrijk van God. Aangrijpend is dat. Misleiding en verdrukking zullen immers komen. Volharding is daarom nodig. Trouwens, die woorden hebben ook iets bemoedigends in zich. Het gaat dus echt ergens heen met deze wereld. Alles wat herinnert aan de wereld die zucht onder de gevolgen van de zonde gaat voorbij. Het Koninkrijk van God komt eraan.

De Heiland zegt: ‘Mijn woorden zullen zeker niet voorbijgaan’. Bij alles wat voorbijgaat vormen Zijn woorden de grote uitzonderingen. Zijn woorden vergaan niet. Evenmin gaan ze te gronde.

Die woorden worden vandaag weggelachen. Het geloof is immers op zijn retour. Het lijkt erop dat de woorden van de Heiland vervliegen in de wind. Talloze mensen zetten alles op alles om de invloed van het christelijk geloof te reduceren tot nul. Ze rusten niet, voordat ze kunnen zeggen ‘Het is weer voorbij met dat christelijk geloof’. Over misleiding en verdrukking gesproken!

Ondertussen zijn die woorden van de Heiland een stevig houvast in een ondergaande wereld. Hij ging voorbij. Als de Gekruisigde. En Hij ging voor. Als de Opgestane. Dwars door de dood heen. Juist daarom is het waar: ‘Mijn woorden zullen zeker niet voorbijgaan’.

Die woorden mochten klinken in het achterliggende seizoen in de gemeente. Ook ds. Van der Veen mocht die woorden vertolken in de prediking van het evangelie. Ondertussen dringt de vraag wat die woorden uitgewerkt hebben in ons leven. De Heiland komt immers vroeg of laat op Zijn woorden terug. Wat een genade wanneer we door deze woorden des te nauwer aan Hem verbonden geraakt zijn. Juist wanneer we – bij welke gelegenheid dan ook – moeten zeggen ‘Het is weer voorbij’, bindt Hij ons des te meer aan Zijn woorden. Ja, Hij bindt ons aan Zichzelf. Hoor maar wat Hij zegt: ‘Ik leef, en u zult leven’. Zijn woorden gaan niet voorbij. Allen die leren leven van die woorden evenmin. Hoor maar: ‘Mijn schapen horen Mijn stem en Ik ken ze en zij volgen Mij. En Ik geef hun eeuwig leven; en zij zullen beslist niet verloren gaan in eeuwigheid en niemand zal ze uit Mijn hand rukken’.

Ds. L.W. den Boer